Het was groot nieuws in 2013. Een Rotterdamse vrouw bleek al geruime tijd levenloos in haar appartement te liggen voor ze werd gevonden. Het nieuws riep de nodige vragen op en een onderzoek volgde. Uit dat onderzoek bleek dat mensen in de omgeving van de vrouw wel het vermoeden hadden dat er iets aan de hand was maar geen actie hadden ondernomen. Inwoners vonden dat het hun plek niet was of ze wisten niet waar ze het signaal moesten afgeven. Het bestuur van de Maasstad gaf naar aanleiding van deze ervaringen de opdracht voor het “Signaalpunt tegen Eenzaamheid”. Om situaties als deze in de toekomst te voorkomen.
Bekende signalen
Inmiddels heeft de Rotterdamse aanpak op landelijke schaal gevolg gekregen in de vorm van het “Signaalpunt tegen Eenzaamheid”. Het Signaalpunt sluit naadloos aan op de lokale situatie in gemeenten die meedoen. De Rotterdamse ervaring leert dat deze laagdrempelige manier om eenzaamheid te signaleren werkt. Bewoners en lokale partners kunnen zonder inhoudelijke deskundigheid, toch hun zorg delen met een professional in de wijk, 24/7. Het signaal is aanleiding voor een contact, waarna − met toestemming van cliënt − een verdere aanpak wordt bepaald. Wat onder andere blijkt is dat 40% van de mensen waarover signalen werden ontvangen, niet bekend waren bij instanties. En het allerbelangrijkste: mensen geven aan dankbaar te zijn voor de aandacht. Ze zijn blij dat ze worden gezien.
Aanvullend op de bestaande zorgstructuur
Het Signaalpunt blijkt dus te voorzien in een behoefte. De voorbeelden zijn legio. Een vrouw die naar de kapper gaat terwijl het niet nodig is. Een ander die iedere week twintig euro ophaalt bij de bank of een man die een tv-monteur laat komen terwijl hij zelf de stekker uit de televisie heeft gehaald. De kapper, de monteur maar ook de postbode zijn geen deskundigen op het gebied van eenzaamheid, maar hebben vaak wel in de gaten dat er iets aan de hand is. Ze geven die signalen graag door, maar weten vaak niet hoe en waar. Het Signaalpunt is de plek voor deze signalen. Er wordt direct iets mee gedaan, binnen 48 uur. Zonder dossiers, met persoonlijk contact en alles volgens de AVG-richtlijnen. Voor het contact zijn alleen een adres en leeftijdscategorie nodig. Zo kan het signaal van zorg direct bij de juiste opvolger worden neergelegd. Als iemand geen hulp wil, dan worden de gegevens direct gewist. Lokaal maatwerk is mogelijk en zelfs noodzakelijk. Het is belangrijk dat het lokale Signaalpunt aansluit op de bestaande gemeentelijke structuur: het is geen vervanging voor bestaand beleid.
Ervaringen uit Zeist
Marcel van der Vaart is beleidsmedewerker sociaal domein bij de gemeente Zeist en bezig met de aanpak van eenzaamheid. ‘In 2019, startten we met het actieprogramma tegen eenzaamheid. Eén van de pijlers daarvan is signalering. Er heerst een taboe op eenzaamheid. Mensen ervaren schaamte. De laagdrempelige manier van signaleren is een waardevolle aanvulling op de aanpak: ‘Meedoen in Zeist’. In oktober 2020 tijdens de Week tegen Eenzaamheid is breed over het Signaalpunt gecommuniceerd. Dat leidde direct tot signalen van mensen die niet bij onze welzijnsorganisatie bekend waren. Wat ik ook heel mooi vind: twee derde van de signalen komt van mensen zelf.’ Marcel Fluitman is wethouder in dezelfde gemeente. ‘Het Signaalpunt is toegankelijk voor mensen die eenzaam zijn en voor partijen die eenzaamheid signaleren. De signalen komen via het Signaalpunt snel op de goede plek terecht en zijn aanleiding voor een gesprek met een professional. Maar we dringen niemand iets op. Voor mij als bestuurder is het belangrijk dat mensen mee kunnen doen. Het Signaalpunt is een waardevol instrument om mensen te betrekken.’
Baarn: onder meer hulp voor huisartsen
Marloes Luijken werkt bij Welzijn Baarn als dagbestedingscoach. Samen met collega Krista Peeters is zij verantwoordelijk voor de eenzaamheidsaanpak in de . Zij herkent het verhaal van de anderen. ‘Wij zijn pas net gestart met het signaalpunt. Bij ons is het er voornamelijk ter ondersteuning van professionals, bijvoorbeeld voor huisartsen. De 10 minuten die zij voor een gesprek hebben, zijn te weinig om zelf de juiste ondersteuning te kunnen bieden. En ga maar eens op zoek naar de juiste opvolger. Baarn is dan nog een kleine gemeente. In grote steden is het helemaal lastig om mensen aan de juiste hulpverlener te koppelen, heb ik mij laten vertellen. Verder zetten we hier in Baarn in op bewustwording. Of het nu gaat om winkeliers, de voetbalclub of de postbode; door training leren ze eenzaamheid beter te signaleren. Zo kunnen ze eraan bijdragen dat nog meer mensen passende hulp krijgen. Dat is fijn voor de mensen die eenzaam zijn, en voor de melders zelf: zij kunnen door met hun eigen werk mét de zekerheid dat er iets gedaan wordt met hun signaal.’
Over Signaalpunt
Eenzaamheid is niet alleen een probleem in grote steden en niet beperkt tot ouderen. Het Signaalpunt tegen Eenzaamheid streeft een brede signaleringsaanpak na die aansluit op de lokale structuur. Een extra ingang. Uit onderzoek en ervaring is gebleken dat veel mensen in de naaste omgeving zorgen hebben en niet weten wat daarmee te doen. Het Signaalpunt tegen Eenzaamheid is een laagdrempelige ingang waar in 3 stappen de zorg gedeeld kan worden zodat deze signalen niet verloren gaan. Het Signaalpunt is onderdeel van de toolkit van het VWS-programma “Een tegen Eenzaamheid”.
Meer over het Signaalpunt tegen Eenzaamheid op signaalpunt.nl.